Anticonceptie in combinatie met borstvoeding

Bij sommige anticonceptiemiddelen komen hormonen vrij die verhinderen dat u zwanger wordt. Eén van die hormonen is oestrogeen. Dit hormoon wordt doorgegeven aan uw baby via de moedermelk. Er zijn aanwijzingen dat oestrogeen de productie van uw moedermelk nadelig beïnvloed. Daarom is het advies: geen oestrogeen in de eerste weken na uw bevalling.

Mogelijke anticonceptiemiddelen

Er zijn vele soorten anticonceptiemiddelen, die wel of juist geen invloed hebben op de borstvoeding. Het Samenwerkingsverband Geboortezorg Noord Friesland zet de anticonceptiemiddelen voor u op een rijtje en geeft per methode de voor- en nadelen.

Vragen over anticonceptie na de bevalling

Vaak begint de verloskundige aan het eind van de kraamweek over anticonceptie. Niet iedereen staat op dat moment open voor een gesprek over dit onderwerp. Hebt u in een later stadium vragen, neem dan contact op met uw verloskundige, huisarts of gynaecoloog. Bij de nacontrole, 6 weken na de bevalling, is er altijd ruimte om (opnieuw) vragen te stellen over anticonceptie.

“Samen met de verloskundige heb ik een anticonceptiemiddel gezocht dat goed samengaat met het geven van borstvoeding”